zondag 18 april 2010

25. Opschrève bij de melkboer

Wij kregen altijd geld mee als je, vlak vóór 6 uur, nog gauw een ons belegen kaas moest gaan hslen bij de melkboer. Maar niet iedereen. Zo tegen zessen kon het gemeen druk zijn in de winkel ('Zuivelhandel', stond in een halve bood van zilveren letters op het winkelraam) en soms werden kinderen voor dat volle front geconfronteerd met de schulden van pa en ma. Dan hadden ze vele minuten lang gewacht tot ze aan de beurt waren, ze hadden hun boodschap gestameld, die was afgesneden en verpakt en werd overhandigd - nee, dat nog net niet, want de melkboer zei met het onsje sisiworst nog in zijn hand: 'heb je centjes bij je?'
'Opschrève', zei zo'n kind dan - en dan wist je het al.
De melkboer legde de boodschappen buiten bereik, draaide zich om en keek in het grote boek. Zag hij daar een bedrag open staan dan zei hij nee: 'Eerst centjes halen thuis. Zeg maar tegen jullie moeder dat er nog te veel opgeschreven staat.'
Je zag de aarzeling. Wat moest dat kind nu? Thuiskomen zonder worst betekende misschien wel slaag. Maar er zat niets anders op: de papieren zak met worst lag buiten bereik achter de toonbank, de melkboer draaide zich naar de volgende klant.
Afdruipen was het enige dat er op zat - en afdruipen werd het. De winkel zweeg.

1 opmerking:

  1. Ik moest dat soms ook doen in onze bakkerij en dat was niet leuk. Het was dat of mensen die klaagden en dus altijd vers brood kregen terwijl mensen die nooit klaagden het oude brood kregen. Ik heb dit altijd onthouden want mijn vader zei altijd dat hij het heel vervelend vond dat hij die lieve mensen het oude brood moest geven. Dat is dus een les voor mij geweest in mijn leven. Ik probeer altijd te zeggen (zo netjes als ik het kan) als iets niet ok is.

    BeantwoordenVerwijderen