woensdag 10 februari 2010

3. Zultwèfke

Op zondag kregen we tractement: een dubbeltje. De helft in de spaarpot, voor de andere helft mochten we snoep kopen. Snoep kopen? Op zondag? In Tilburg, 1960? Alle winkels dicht, toch?
Jazeker, alle winkels dicht maar zo niet 'ut zultwèfke', vlak bij ons om de hoek in de Piet Heinstraat.
't Zultwèfke dreef een snoepwinkeltje in haar voorkamer en was op zondag open. Assortiment: vele soorten lollies, kauwgom (Belga's en Bazooka's-met-stripverhaal) schuimblokken, zuurtjes, drop (veterdrop, spiraaldrop, zoute drop, trekdrop waar je sjepwater van kon maken). Zoethout. Engelse drop.
Wij stonden dan met onze neus en 5 cent voor de glazen toonbank en konden maar niet kiezen, en zij schommelde ongedurig in de smalle ruimte heen en weer. Ze heette niet voor niets Zultwèfke: bij haar vormgeving was meer bolvormig dan rechtopstaand en langwerpig gedacht. Maar onze achting voor haar steeg tot ongekende hoogte toen ze, als eerste in de hele buurt, een televisietoestel kocht.
'Hoeveel voor-5-cent-snoep had ze daar niet voor moeten verkopen?', vroegen wij ons ge-imponeerd af.