zaterdag 30 oktober 2010

68. Zuinigheid met vlijt - schijt!

De jaren '50: je moest altijd en overal zuinig zijn. Oh wat had ik daar de neus van vol. En nog, nog! Niet dat ik zelf niet zuinig ben in het dagelijks leven want zoiets nestelt zich diep in je mindset, maar es kotzt mich an, in goed Duits. Ik broed op een anecdote die dat goed uitbeeldt en die ik zo op kan schrijven dat de lezer er om kan lachen. Grinniken - boer met kiespijn: ja ja, die fucking zuinigheid.
Boterham met tevredenheid? Nee. Deze: de pindakaaspot. Die moest leeg.
U weet hoe dat gaat: je lepelt wekenlang ongegeneerd pindakaas uit de pot met je mespunt, maar vroeg of laat wordt het moeizaam schrapen: de pindakaas is bijna op! Nog één boterham. Vooruit, nog één sneetje dat kan nog wel. En dan wordt het echt moeilijk om nog tot een aanvaardbare laag pindakaas te komen.
Een verstandig mens begint er niet meer aan en draait een nieuwe, verse pot open (het genot om je mespunt te zetten in zo'n onaangeroerd, smetteloos oppervlak zachte, lichtbruine pindamoes). Maar nee, we zijn zuinig. Er zitten nog strepen pindakaas aan de potwand en in de richel bij de bodem, en pa gaat nauwgezet aan het werk met zijn mes. Systematisch gaat de mespunt op en neer langs de potwand, het hele potje rond: tik tik tik botst de mespunt steeds op de bodem. Tik tik tik ....TAK! We kijken allemaal op vanwege het afwijkende geluid en zien het verbijsterde gezicht van onze pa en de bodem van de pindakaaspot die, zorgvuldig losgetikt, over het tafelkleed rolt.