zaterdag 28 mei 2011

95. Tanden poetsen? Niet nodig!

Tanden poetsen, deden we dat wel in de jaren 50? Eigenlijk niet, geloof ik, of in elk geval: niet structureel. Op de lagere school kreeg je (twee keer per schooljaar?) tandcontrole / gebitsanering. We werden dan in busjes geladen, nou ja, dat klinkt cru maar het was wel gezellig. Dat wil zeggen, het zou gezellig geweest zijn als we niet naar de tandarts onderweg waren geweest. Ik weet niet zeker of iedereen mee moest of dat er al op school een eerste controle was en alleen de kinderen in het busje gingen die moesten worden behandeld. Ik denk het laatste. We werden afgeleverd bij een of andere tandheelkundige dienst en daar ging een tandarts onze gebitten te lijf. Deed zeer! Boren zeker, maar ook dat peuteren met zo'n gemeen scherp haakje tussen je tanden, dat was niet leuk.
We hadden weinig sjoege van de noodzaak van gebitsonderhoud. Eigenlijk denk ik dat de meesten er vanuit gingen dat je het beste al je tanden zo snel mogelijk kon laten trekken en een kunstgebit nemen, zoals immers al onze ouders hadden - dan was je van het gezeur af.
Het was dus huilen met de pet op, de mondhygiene. Ook vanwege die jaarlijkse controle, denk ik, want dat gaf het idee dat je niet hoefde te poetsen - de tandarts zorgde immers voor je gebit. Ik herinner me dat onze tandarts (Smeets) bij mij vier melkkiezen trok - wow, grote bloedende wond in mijn mond. Maar dat werd goedgemaakt doordat ik van terugkoms van ons moeder lekker snoep mocht kopen.

zondag 22 mei 2011

94. Opgewekt ingeweckt

Wecken, dat deed ons moeder ook, tenminste toen we nog in de Trompstraat woonden. Tja, wie weet nog wat wecken is? Het was een heel procédé en het kwam vóór het conservenblikje. Wecken was een manier om fruit/groente te bewaren tijdens de winter, geloof ik. Dat fruit moest dan eerst bewerkt worden: appels geschild, gekookt?, tot appelmoes verwerkt? Ik schiet hopeloos tekort hier, van koken weet ik zo goed als niets, maar ik herinner me wel dat het een hele operatie was, dat er enorme hoeveelheden fruit/groente/appels/rabarber/peren? doorheen gingen, dat de keuken dagenlang witstond van de damp en dat de voltooiing enigszins heikel was, ik geloof dat ons moeder daar een beetje bang van was. De appelmoes ging in een weckfles (eigenlijk een soort pot, een dikke, glazen pot met een dikke rand met daarop weer een kleine, smalle rand) en die weckfles daar moest dan een deksel op, ook van glas, een soort glazen theeschoteltje, je ziet ze nu nog wel in nostalgiewinkels liggen. Met een richel. Die deksel paste natuurlijk precies op de weckfles, ja, dat ws niet toevallig. Tussen de deksel en de fles moest een rode, rubberen ring en de fles moest vacuum worden.
Hoe ging dat? Dat was precies het stukje waar ons moeder niets van moest hebben want het ging met iets, spiritus misschien, daar moest je een paar druppels van insprenkelen en dan moest je dat aansteken zodat het ontplofte, woesj, en in diezelfde beweging moest de deksel erop. De 'explosie' verbruikte alle zuurstof ('lucht' zeiden wij) en dan drukte de luchtdruk de deksel op de pot, met de rubberen ring als buffer zodat het niet ging splinteren. Als je hem open moest maken, peuterde je met je mespunt een beetje in die rubberen ring, net zo lang tot er lucht bij kwam en kwam het deksel met een zucht los.
In de winter stonden de kelderplanken vol met rijen weckflessen, maar ik kan me eigenlijk niet herinneren dat we de inhoud ervan ooit aten. Wel dat je zo'n fles openmaakte en soms was het dan mislukt, het wecken, dan zat er schimmel op. Van die grote, groengele ogen. Die schepten we er dan gewoon vanaf, want eten weggooien, dat deden wij niet.

zaterdag 14 mei 2011

93. Eerste communie

Ja, je eerste communie, die doe je, als je een vroom jongetje bent van zes. Of van zeven, dat weet ik niet meer. De eerste klas van de lagere school, ik was natuurlijk zes toen ik daarin kwam, maar meteen in oktober werd ik zeven. En wanneer deed je je communie? Hemelvaart? Ja, dus ik was zeven. En het viel behoorlijk tegen.
Wat wel weer leuk was, was dat ik een pak kreeg en dat we dat met z'n drie-en gingen kopen: papa, mama en ik. Gewoon op een doordeweekse dag naar de stad, onze papa had er een vrije middag voor genomen, iets wat ook al nooit gebeurde. Het draaide natuurlijk uit op C&A want de rest van de winkels was te duur, maar toch, het was speciaal en de verkoper deed zijn best. Ik een pak dus, met een korte broek en een strikje, ik denk dat het rood was. En óp naar mijn eerste heilige communie, zoals het officieel heette. Eerst moest er gerepeteerd worden met de hele klas en ook met de eerste klas van de meisjesschool erbij, want het moest wél goed verlopen. Aan dat soort rituelen hechtte de kerk veel waarde: het moest een mooie performance worden dus alles werd strak geregisseerd door de kapelaan-van-dienst: .
hoe we de kerk binnen moesten lopen (langzaam, in een rij, met gevouwen handen), in welke banken we moesten gaan zitten, wanneer we moesten opstaan, door het middenpad naar voren lopen, knielen op de communiebank, ogen sluiten, gezicht omhoog heffen, mond open, tong uitsteken - en daar legde de priester dan de heilige hostie op. Kauwen, doorslikken, opstaan, via het zijpad terug naar je bank en onderweg niemand aankijken, knielen, handen voor je gezicht slaan en zo vijf minuten blijven zitten. Dan was het klaar.
Wat?
Dat bedoelde ik met dat het tegenviel. Op een of andere manier had ik verwacht dat ons een soort verlichting ten deel zou vallen, dat god zich persoonlijk aan ons zou openbaren zodat je wist dat het goed zat, maar niets van dat alles. De officiele communie ging net zoals de repetities: perfect, maar er gebeurde niets. Geen donder geen bliksem geen opengescheurde tempelvoorhang. Anticlimax.
En toen ik vervolgens als misdienaar zes jaar lang achter de schermen van dat amateurtoneel had gekeken, wist ik het zeker: god bestaat niet en dat hele geloof is ergerlijke flauwekul.

zondag 8 mei 2011

92. De Melk-brigade!

Er was koffie (voor de volwassenen) en thee (met melk en suiker. En er was alleen maar: thee. Van Douwe Egberts, neem ik aan, maar thee was thee. Geen smaakjes, dat is allemaal nieuwerwetse onzin.)En er was ranja. En priklimonade van exota 9grote flessen met beugeldoppen), één van de smaken was champagnepils, een soort cola. Sinas en andere frisdranken kwamen pas later en waren toen sowieso te duur voor ons. Maar vooral was er natuurlijk melk.
Van de melkboer, waar ik hier al het nodige over geschreven heb. En de consumptie van melk werd gestimuleerd door onze regering of zelfs, meen ik mij te herinneren, door de koningin zelf (beschermvrouwe?). De Melk-brigade!
De overheid wilde een gezond volk en ging daartoe het drinken van melk aanmoedigen door een heuse marketingcampagne, ergens in de jaren 50: de melk-brigade. Wij werden allemaal melkbrigadiers! Er was een vignet, een logo moet ik zeggen: een grote, witte 'M', kapitaal, ik denk lettertype arial. En die stond op een blauw veld. Daar waren plakplaatjes van, stijve plaatjes die slecht plakten. Als melkbrigadier werd je geacht om elke dag minstens één grote beker koude melk te drinken, dat was alles. Daar werd je een echte kerel van, of een flinke meid, dat kon ook.
In de loop van de jaren zestig is de melkbrigade een roemloze dood gestorven, maar gedurende enkele jaren was het 'hot'.