zondag 28 februari 2010

10. Deurknop

De voordeur van Trompstraat 7 had een klink. Ja, dat haal je de koekoek, denkt u nu, hoe maak je hem anders open? Maar als u nog eens denkt dan bent u verbaasd: een klink?
Jazeker, een klink. Als de deur niet op slot was kon iedereen gewoon binnen, vanaf de straat. Dat was in de hele straat zo en dat was makkelijk. Bijvoorbeeld. Eéns in de week werd de huishuur opgehaald, maar soms kon moeder daar niet voor thuisblijven. Dan legde zij het huurboekje (waarin de ophaler aftekende dat er betaald was) met daarin de precies afgepaste huur, op de onderste tree van de trap en ging gewoon weg.
De huur-inner kwam als altijd, belde en werd niet opengedaan. Hij deed de deur open, nam het geld uit het boekje, tekende de week af, legde het boekje terug en ging verder. Dat ging in de hele straat zo, nooit iets mee aan de hand geweest. Een 'high trust society' noemen sociologen dat sinds het niet meer bestaat.
Maar de tijd schreed voort en op een goed moment besloot de woningbouwvereniging dat die klinken old school waren. De hele straat kreeg een deurknop en een lipsslot, zo-eentje dat automatisch in het slot valt als je de deur sluit. Met zo'n laffe, platte sleutel die die naam eigenlijk niet verdient. (Die andere sleutel, de oude, dat was een groot, zwaar, zinkkleurig geval met versieringen in het metaal. Hij stak altijd in het slot, als een soort amulet.)