zondag 3 oktober 2010

64. Etre en avoir.

Het was natuurlijk een soortement gajusschool, daar aan de Trouwlaan, waar ook af en toe de politie kwam als er weer eens een jongen zijn zakmes gebruikt had bij een vechtpartij, maar er zaten ook veelbelovende jongens op, die 'goed konden leren', zoals de formule luidde. Die jongens werden in de zesde klas enkele uren per week bij elkaar gezet en dan kregen ze Franse les, van meester Van Dijk.
Dat was een rare zaak en ik begreep er niets van. Ik kon het natuurlijk wel leren, wat hij ons voorschotelde (je, tu, il, nous, vous, ils. Le garcon, La fille. La maison.) maar het drong niet tot me door waar het over ging. Dat het een andere taal was, dat ergens op de wereld mensen hiermee opgroeiden en als vanzelf deze woorden gingen gebruiken, dat kwam niet echt binnen. Maar ja, ik kon 'goed leren' dus ik leerde al die rijtjes gewoon van buiten, zonder te wten wat het was.
Op de HBS, in de uren Frans, duurde het nog enkele weken vóór ik het verband legde tussen de taal die Dhr Reijnen ons trachtte te leren en de lessen van meester Van Dijk - dat die over hetzelfde gingen.

2 opmerkingen:

  1. Was die Franse les gratis? Toen ik in de zesde klas zat kreeg ik na schooltijd Franse les en dat kostte toen 10 cent.
    Lidwi

    BeantwoordenVerwijderen
  2. daar heb ik nooit over nagedacht, ik heb er in elk geval nooit van gehoord, dat er voor betaald moest worden - en dat zou zeker een issue geweest zijn

    BeantwoordenVerwijderen